In gesprek met … Winnubst
Karen Winnubst
Tekst en fotografie (tenzij anders aangegeven): Mélanie Struik
Somewhere, 2017, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
Het atelier van fotografe Karen Winnubst in Velserbroek is het kleinste van alle kunstenaars die ik tot nu toe heb mogen interviewen. Een hoek in de huiskamer met een groot beeldscherm en toetsenbord; het geheel neemt nog geen twee vierkante meters in beslag. Geen eigen werk aan de wand, daar voelt ze zich niet comfortabel bij. Wel werk van andere kunstenaars – soms verkregen door een ruil – omdat ze het leuk vindt om werk van anderen te verzamelen. Fotografe Karen Winnubst is kunstenaar van de maand november 2022 bij Kunstuitleen Voorburg.
Afb. 1. Karen maakt koffie
De kunst was voor Karen geen vroege roeping, al zagen anderen het wel in haar. “Op de middelbare school had ik tekenen als examenvak. De tekenleraar vond dat ik de kunstacademie moest gaan doen. Dat leek mij niets, te zweverig. Ik wilde de reiswereld in, het avontuur. En zo ging ik achtereenvolgens werken in de reiswereld, in de makelaardij en weer later als managementassistente nog een keer in de reiswereld. Ik kreeg kinderen, koos er een tijdje voor om even uit het werkende leven te stappen en voor de kinderen te zorgen maar wilde me wel blijven ontwikkelen. Ik startte een bedrijf aan huis in Fairtrade Afrikaanse cadeauartikelen, inkoop en verkoop, maar dat bleek toch niet helemaal mijn ding te zijn. Ik ben geen echte verkoper.
Mijn camera was overigens wel al heel lang mijn beste vriend, ik heb ‘m altijd bij me, leg dingen die ik zie graag vast om ze te delen met anderen. En toen kreeg ik de ingeving om me aan te melden bij de fotoacademie in Amsterdam, een vierjarige vakopleiding in deeltijd. Ik startte in 2011 en heb daar ontzettend veel geleerd. Het was ook heel pittig want we kregen achterelkaar nieuwe opdrachten en dat was met kleine kinderen nog niet zo makkelijk te organiseren. Mijn specialisatie werd het portret. Daar moet je veel voor regelen, ook dingen als styling, en het weer moest ook meewerken, veel dingen tegelijkertijd dus. Ik maakte verschillende series, waaronder een reeks met directiesecretaresses van ceo’s van grote concerns als Akzo Nobel, Heineken, Philips en Schiphol. Al had ik hetzelfde werk gedaan, toch keek ik enorm tegen deze vrouwen op. Uiteindelijk bleken ze bijzonder aardig te zijn (afb. 2).”
Afb. 2. Portretserie: Achter de schermen, no. 1, 2013, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
“Een andere reeks waar ik ook heel blij van werd, had sportieve ouderen van boven de 70 tot onderwerp. Een dame ver in de 70 bleek nog volleerd alle balletposities tot haar beschikking te hebben (afb. 3) en dan de dame van ruim 90 die nog elke dag zwom. Aan haar lijf is te zien dat zij haar spieren heel goed heeft onderhouden. Ik heb in die periode heel veel mensen gefotografeerd, vele gezichten gezien en veel verhalen gehoord. Dat laatste vond ik nog het allerleukste.”
Afb. 3. Portretserie 70plus – Ballet, 2013, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
Dochter Veerle van zestien komt binnen, minstens zo lang als haar moeder. Karen: “Ik werkte ook geruime tijd samen met een andere kunstenares aan een project over jeugdherinneringen en Veerle was toen mijn model. Nu doe ik dat Veerle als puber niet meer aan.” Als ik aan Veerle vraag hoe dat toen was, is het heldere antwoord: “Dat was wel oké, maar soms koud. En ik had geen andere keus.” Ze moet er zelf bij lachen. (afb. 4, 9).
Afb. 4. Karen en dochter Veerle (16)
Karen: “En toen begon het te lopen, in eerste instantie vooral portretten in opdracht. Ik wilde graag op mijn manier iemand op beeld zetten maar ik wilde ook dat ieder het fijn had en tevreden was met het resultaat. Dat was soms niet zo en dat vond ik lastig om mee om te gaan. En ik bleek veel meer een einzelgänger dan ik door had. Ik gedij beter op mezelf. Ik besloot weg te gaan van het commerciële en over te stappen naar landschapsfotografie, als vrij werk. Dat werd de uitkomst van deze zoektocht. Inmiddels heb ik hierin mijn eigen signatuur ontwikkeld. Bijkomend voordeel is dat ik daarmee ook veel in de natuur kan zijn, belangrijk voor mij omdat ik mijzelf daaraan ook altijd weer kan opladen.
In mijn vak ben ik een beetje een buitenbeentje. Ik ben niet een echte natuurfotograaf die met drie lenzen op zijn buik een uur naar een vogeltje kan zoeken. Het zijn vooral de vormen, structuren en lijnen in de natuur waardoor ik gefascineerd raak, zoals bij een blad de nerven, of rietstengels keurig op een rij, kale bomen waardoor je de takken zo mooi kunt zien. Of wateroppervlakten en wat water verder kan doen, zoals de ribbels die water achterlaat op het strand. Daarom noem ik me ook landschapsfotograaf.
De foto die ik buiten neem is het beginpunt, het eindresultaat maak ik achter de computer (afb. 5). Dan gaat het gisten in mijn hoofd, kijk ik mijn hele bestand door en doe ik van alles met het beeld: ik voeg kleur toe en leg verschillende lagen over elkaar van beelden van verschillende landschappen. En/of ik voeg een foto toe van – bijvoorbeeld – de ruwe wand van een bunker of een beeld van zand of ijs, alles wat structuur en tactiliteit uitstraalt. Regelmatig print ik een beeld uit, loop er langs, denk ‘dat moet anders; nee, zo gaat het toch niet enz’. Kortom, ik ben een beetje aan het schilderen met beelden.
Afb. 5. Karen aan het schilderen met beelden
“Ik werk niet op vaste tijden. Het is hoe het zo uitkomt. Dat vind ik wel het allerfijnste, die vrijheid om zelf mijn dag in te delen. Ik werk ook vaak ‘s avonds. Die vrijheid is ook goed voor het creatieve proces. Maar het is niet zo dat ik ga wachten op een creatieve inval, ik ga gewoon aan de slag en dan gebeurt er van alles.
Hier heb je een voorbeeld hoe ik foto’s combineer: een foto van de zee bij Wijk aan Zee gecombineerd met een berglandschap van Noord-Mallorca. Zo ontstaat er – laag over laag – iets wat ik van de voren niet kan bedenken (afb. 6). Als ik daar nog een laag aan toevoeg, ontstaat er weer iets anders tot aan het moment dat ik denk ‘nu heb ik een beeld te pakken dat ik fijn vind’. Dit gebeurt allemaal in Photoshop. Ik ben gelukkig ook technisch en kan goed met het programma overweg. Ik heb de geheimen inmiddels doorgrond, want het is geen makkelijk programma.”
Somewhere, 2017, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
“Neem bijvoorbeeld ook de reeks My house. Een foto van dit huis maakte ik op Nova Scotia in Canada en is de basis. Ik leg er een laag overheen van een foto van een boom met takken, een laag met een foto van riet en er zit ook een bunkermuur in verwerkt waardoor dat roestbruine er meer uitkomt. Ik maak er mijn eigen huis van” en dan, lachend: “ik maak eigenlijk wat ik zelf graag zou willen hebben (afb. 7).”
Afb. 7. Serie My House no.1, 2017, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
“En hier is er nog een uit die serie. Daar heb ik meer kleur toegevoegd en gecombineerd met een laag vogels, een foto van een boeg van een schip – dat vind ik heel fascinerend – en nog een foto met struiken. Het zijn altijd wel drie, vier of soms wel zes fotolagen (afb. 8).”
Afb. 8. Serie My House no.2, 2017, foto op dibond (foto Karen Winnubst)
“Een van mijn opdrachten was een portretserie voor het Nationaal Park Zuid Kennemerland, een combinatie van favoriete plekken van boswachters en favoriete plekken van kunstenaars die aan die plek kunst toevoegden op allerlei manieren. Ik werk nu niet meer in opdracht, ben er ook niet meer naar op zoek. Ik vind het maken van dat vrije werk fijner, daar gedij ik beter bij.”
“Heel soms voeg ik niets toe aan het beeld, is een foto gewoon goed zoals bij deze van een zwemmende Veerle (afb. 9).”
Afb. 9. Lakelife, 2018, materiaal, foto op dibond. Hier is dochter Veerle het model (foto Karen Winnubst)
Op de tafel ligt een hele reeks tegeltjes, deels beplakt met wit papier. “In mijn webshop en bij verschillende winkels in het land verkoop ik tegeltjes met foto-opdruk. Dat is ontstaan door een expositie die ik samen met een andere kunstenares had: we exposeerden onze foto’s over jeugdherinneringen in een mooi oud kerkje, met daarnaast nog ander eigen werk. Zij had eigen werk van klein formaat – 10 × 10 cm – en de vraag was of ik ook klein werk van dat formaat had. Ik had een bomenserie gemaakt in het Nationale park Zuid Kennemerland en ik zocht al langer naar een aanleiding om daar iets mee te doen. Toen vond ik tegeltjes van 10 × 10 cm in een bouwmarkt, ze stonden in een doos die open was en wegging met korting. Het waren precies de tegeltjes die ik bedoelde.
Ze waren van marmer, mat en ‘getrommeld’, er waren stukjes van af. Ze hadden een antieke uitstraling. Ik had al eerder tegeltjes gezien maar die waren te glimmend, te gewoon. De volgende vraag was hoe ik een foto-afdruk op een tegeltje kon krijgen. Ik heb eindeloos geëxperimenteerd en op YouTube gezocht en uiteindelijk kreeg ik het onder de knie. Ik print de foto in spiegelbeeld op papier, gebruik een transferlijm en plak daarmee het papier met de foto op de tegel. En dan geschiedt het wonder: de transferlijm fixeert de inkt van de foto op de tegel. Dat moet 24 uur drogen waarna ik met water het papier er weer afhaal. Dan moet de tegel weer een dag drogen, rul ik daarna het laatste beetje papier van de tegel af en breng ik een laagje vernis aan (afb. 10).”
Afb. 10. Het papier met daarop de gespiegelde foto wordt gelijmd op de tegel. De lijm zorgt ervoor dat de inkt van het papier loslaat en ‘geëtst’ wordt in de tegel. Twee voorbeelden van Nature Art Tiles, serie Beachlife, 2017 en serie Botanica, 2022, inkt op marmer, 10 × 10 cm (foto Karen Winnubst)
“Toen ik een collectie van verschillende opdrukken op tegels had, ben ik naar winkels gedaan die bij mijn werk pasten, dus bijvoorbeeld het bezoekerscentrum van het Nationale Landschap Zuid-Kennemerland, hier vlakbij. Voor een vriendelijke prijs – nu Euro 22.50 – lagen ze daar te koop. Dat liep heel goed. Toen heb ik het aantal verkooppunten uitgebreid. Ik vernieuwde de beelden ook steeds. Inmiddels hoef ik niet meer de boer op maar komen de winkels naar mij toe. Ik heb eens uitgerekend dat een winkeltje op Schiermonnikoog, ‘t Wente, er inmiddels 1200 heeft verkocht. Ik heb nu weer een bestelling van hen van 150 stuks. Dat is veel en een hele klus om ze te maken. Toch vind ik het nog steeds – ik ben er nu zo’n zes jaar mee bezig – leuk om te doen, vooral vanwege dat ambachtelijke. En het blijft een wonder hoe dat beeld op de tegel verschijnt. De tegels blijven overigens wel voor mij een bijproduct.
Grappig is dat ik op de fotoacademie wel eens het commentaar kreeg dat mijn werk te perfect was en daardoor een beetje saai. Ik moest meer loslaten, meer het toeval toelaten. En dan dacht ik ‘Hoe dan!!’. Met die tegeltjes gebeurt dat vanzelf: ik print in zwart wit, maar de lijm doet iets met de kleur, en dat is zo leuk. Daar wordt iets toe gevoegd, ontstaat iets dat ik van de voren niet kan bedenken. Dat onverwachte speelt nu een grotere rol in mijn werk en ik vind ook dat het daardoor beter wordt. Mijn vrije werk van nu is dan ook totaal anders”.
“Ik exposeer veel en bij elke expositie verkoop ik wel iets. Binnenkort doe ik mee aan Kunstlijn, dat is groot in Haarlem en beslaat twee weekenden achter elkaar (5&6 november, 12&13 november). Overal in Haarlem is dan kunst te zien, van mij op vier plekken, steeds met meerdere werken. En de tegels natuurlijk. In januari 2023 organiseer ik met twee collega’s in Schoorl bij Galerie Klein Zwitserland, een galerie en expositieruimte, een groepsexpositie. Dat vind ik ook leuk, zo’n samenwerking met collega’s. In – onder andere – museum Kranenburgh in Bergen liggen mijn tegeltjes in de designwinkel en hangen mijn foto’s bij de Kunstuitleen. En bij Kunstuitleen Voorburg natuurlijk”.
“Ik zoek steeds naar iets waar ik meer mensen blij mee kan maken met mijn werk. Dat is mijn doel. Want het grotere werk is natuurlijk van een heel andere prijsklasse. Meestal gaat het om een werk van het formaat 60 × 90 cm, afgedrukt op dibond – een harde aluminiumplaat – en gedrukt in een vak-laboratorium. Dan kom je qua prijs voor het totaal wel uit op zo’n Euro 1300. Dat lijkt misschien veel maar ik ben met een beeld net zoveel tijd kwijt als een schilder aan een schilderij. Van één werk worden dan tien prints gemaakt. Ik geef er een certificaat van echtheid bij, met daarop het nummer van de print. Dat waarborgt de exclusiviteit: het worden er dan ook nooit meer dan tien. Lang werd fotografie niet als kunst ervaren, maar dat verandert gelukkig. Als fotografen nemen wij steeds meer onze plek als kunstenaars in”.